Bij het vaststellen van de footprint van Verver Export komt ook het turfvrij kweken ter spraken. Verver Export levert immers naast een groot assortiment droge bloembollen en knollen ook plantklare plantconcepten met bloembollen, eenjarige en vaste planten in pot. Wat betekent turfvrij produceren voor deze verschillende type planten? Voor welke dilemma staan Europese kwekers als turfvrij geteeld moet gaan worden?

Planten hebben CO2 nodig voor hun fotosynthese, wat gefaciliteerd moet worden met goede substraten. De snelheid waarmee veen vervangen kan worden in potgrond en substraatmengsels is naast onderzoek ook afhankelijk van de vraag naar substraat en de beschikbaarheid van de geschikte hernieuwbare grondstoffen. Naast verkleining van de CO2 impact, zijn ook eigenschappen van belang waarmee voldaan kan worden aan eisen rondom kwaliteit, voedselveiligheid, plantweerbaarheid en fytosanitaire eisen voor export.

Rol van turf

Klassieke potgrond bevat turf als hoofdbestanddeel, en dat is niet toevallig. Turf is immers stabiel, onkruidvrij en heeft een neutrale zuurtegraad. Het voelt luchtig aan, waardoor planten er makkelijk in wortelen, en het houdt water en voedingsstoffen goed vast. Geen beter medium dan turf om je planten in pot te laten groeien!

Maar die fantastische eigenschappen van turf hebben ook een keerzijde. Het afgraven van veenvelden voor de winning van turf heeft gevolgen voor de natuur. Bij het droogleggen van de velden komt CO2 vrij, de biodiversiteit wordt aangetast en de velden herstellen maar langzaam.

Alternatieven?

Turf heeft zo’n unieke kenmerken dat geen enkel ander product turf 100% kan vervangen. Turf wordt daarom in de meeste gevallen vervangen door een mix van hoogkwalitatieve, 100% natuurlijke grondstoffen zoals groencompost, compost van schors, planten- en houtvezels, mos, kokos, perliet, druivenpittenkoek, enz..

Belangrijk bij deze alternatieve grondstoffen of we nog wel zo duurzaam bezig zijn. Kokosvezels van de andere kant van de wereld importeren werkt niet mee aan een duurzame CO2 footprint!

Criteria van een goede potgrond zijn:

  • Goede capillaire werking
  • Grote luchtcapaciteit voor gezonde en snelle ontwikkeling van de wortel
  • Betrouwbare drainage en stabiele structuur
  • Eenvoudiger ‘vernatten’ van het substraat
  • Droger oppervlak, minder groei van algen en levermossen
  • Stabiele stikstofbalans, passend bij een normaal voedingsregime
  • Laag gewicht, minder transportkosten
  • Herwinbare grondstoffen

Valkuil

Doordat turfvrij substraat geen veen bevat zien we dat het sneller opdroogt. Immers, veen staat erom bekend dat het goed water kan vasthouden. Dat is op zich een prima eigenschap en zeker voor mensen die weten hoe frequent water je kan geven op een substraat met veen. Maar de ervaring ontbreekt vaak hoe je water moet geven op een substraat zonder veen. Bij de meeste turfvrije substraten is het belangrijk minder water per gietbeurt te geven, maar wel vaker. Voor kwekers een zoektocht naar de juiste watergift voor het gekozen turfvrije substraat en de behoefte van de planten op de kwekerij.

Een ander aspect is de pH van een substraat. Een substraat met veen is bekalkt zodat het een pH haalt die toelaatbaar c.q. goed bewortelbaar is voor planten. De turfvrije potgrond heeft ook een pH die prima geschikt is voor 99% van de gewassen. Maar je wel op moet letten is dat veen als een soort buffer kan werken. De pH zal minder heftig schommelen dan een turfvrije potgrond. Dat komt omdat het veencomponent als het ware die schommelingen opvangt.

Leren & communiceren

Groeien doen de meeste gewassen dus wel, onafhankelijk voor welk medium / samenstelling we uiteindelijk kiezen. In de praktijk moet er dus veel geleerd worden om de juiste kweekmethode (bemesting / water) te vinden in de veranderde substraat samenstelling. En nog belangrijker – wat we leren ook weer communiceren aan de afnemers van onze producten die ook op turfvrije potgrond onze bollen en knollen opkweken. En voor de gebruikers in het openbaar groen die onze concepten in de volle grond planten onderzoeken of er ook een aangepast watergiftebeleid moet zijn.